Category Archives: Amsterdam

ATCQ verdient meer dan emotioneel drama

Dubbel en dwars uitverkocht, terwijl de voorstelling plaatsvindt in de oude zaal. Tegelijkertijd zit er slechts een handjevol toeschouwers in de Max. Een verkeerde inschatting van de Melkweg, maar dat zal Phife Dawg van A Tribe Called Quest weinig uitmaken. Na de film ‘Beats, Rhymes & Life: The Travels of A Tribe Called Quest’ blaast hij met hun hiphop klassiekers het dak eraf. De tweede dag van Play heeft een hoogtepunt te pakken.

De geschiedenis van A Tribe Called Quest hoeven we hier natuurlijk niet uit de doeken te doen. Wie daar immers niet bekend mee is, moet zelf maar de DVD van ‘Beats, Rhymes & Life: The Travels of A Tribe Called Quest’ kopen. De film over het ontstaan, de ondergang en de wederopstanding van een van de meest invloedrijke hiphop groepen uit de begindagen van het genre geeft daar een overduidelijk beeld van. Des te betreurenswaardig dat de tweede helft van de documentaire daarom vrijwel geheel bestaat uit het emotionele gezeur en de strijd tussen de leden Phife Dawg en Q-Tip. Tel daar de gezondheidsperikelen van eerstgenoemde nog bij op en ‘Beats, Rhymes & Life’ verandert van een muzikale documentaire over de legendarische hiphopcrew in drie kwartier in een tergend drama. Waar Ali Shaheed Muhammad middenin zat.

‘Beats, Rhymes & Life: The Travels of A Tribe Called Quest’ was voor het eerst te zien op het Sundance filmfestival, begin dit jaar. Daar werd de film, net als halverwege dit jaar bij de officiële première in New York, lovend ontvangen. Eindelijk een film  over Tribe – waarbij direct de vraag naar voren kwam waarom er niet een documentaire over De La Soul, Run DMC of de Beastie Boys gemaakt werd. Dat doet niet ter zake; de oorspronkelijke vier leden (waarvan er sinds jaar en dag nog maar drie over zijn, hoewel de laatste – Jarobi White – wel mee toert sinds de reünie in 2008) verdienen een eerbetoon. En dat hebben ze gekregen, zij het slechts drie kwartier van de anderhalf uur durende film. Geregisseerd door Michael Rapaport (bekend van Prison Break) waren het vlotte tempo en de flitsende beelden wel voor te stellen, maar waarom dan die dramatische omslag? Er is slechts een reden te verzinnen en dat is dat hij er inhoudelijks weinig meer over kwijt kon. Logisch als je andere grootheden als Pharell Williams en Mos Def slechts fragmentarisch aan het woord laat en de mannen van de Jungle Brothers en Busta Rhymes niet meer dan twee woorden laat zeggen. Er had zoveel meer ingezeten.

Desalniettemin is ‘Beats, Rhymes & Life’ een interessante documentaire, geplaatst in de juiste tijdsgeest. Ook twintig jaar na dato zijn de mannen van Tribe actueel en weten zij prima hun standpunten te verwoorden. De documentaire is daarom een must voor iedere fan, interessant voor alle hiphop liefhebbers en gewoon vermakelijk voor anderen. Het concert van Phife Dawg, na afloop van de film, was echter legendarisch. De beste man – wier gezondheid nu, na het krijgen van de donornier van zijn vrouw, weer helemaal goed is – stal de show met zowel klassiekers van de band als nummers van zijn laatste album: ‘Songz In Tha’ Key of Phife’. Wie nog niet met hem meevoelde deed dat namelijk na de Q&A zeker en omdat Q-Tip in de film liet weten ook gewoon oude Tribe-hits ten gehore te brengen zonder hen, weerhield niets Phife Dawg dit ook te doen. Sinds 1989 was hij niet meer in Amsterdam geweest, maar terugkomen zal hij zeker. Met of zonder A Tribe Called Quest.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

Muzikaal genie laat wonderen zien

Wat moet je verwachten van een artiesten die optreedt met een ‘Piano Talk Show’? Of in het algemeen van een muzikant die zijn naam officieel heeft laten veranderen in Chilly Gonzales? Een spektakel, zoveel is duidelijk. Zoals afgelopen zaterdag in People’s Place.

Op steenworp afstand van de bekende poppodia Paradiso en Melkweg zit een verborgen pareltje: People’s Place. Met het hoofdkwartier van Tommy Hilfiger boven je hoofd zit je eigenlijk gewoon in zijn kantine te genieten van een concert. De intieme locatie op de Stadhouderskade had eerder al een grootheid als Vieux Farka Touré op het programma staan, maar zaterdagavond was het de beurt aan het muzikale genie Chilly Gonzales. Hij bracht de 275  – zittende – aanwezigen zijn welbekende Piano Talk Show, een mix van entertainment, een pianoworkshop en een concert.

Vorig jaar deed Chilly hetzelfde in een met tafels bezette Paradiso, dus liefhebbers waren voorbereid. Diegene die dit muzikale ‘wünderkind’ niet eerder live hadden gezien wisten daarom ook niet dat hij drummer Mocky (Catch a Moment in Time) had ingeruild voor Joe Flory. De simpele reden: ‘Mocky is naar Los Angeles verhuisd’. Terwijl de geboren Canadezen dus samen hun geluk beproefde in Duitsland is de een naar de Verenigde Staten en de ander naar Parijs verhuisd. Wel een stuk makkelijker als je op moet treden in Amsterdam.

Na een meeslepend pianospel steekt meester Gonzales direct van wal. Naast uitleg over de nummers die hij speelt (wel zo verhelderend) krijgt het publiek direct wat algemene muzieklessen en wat geschiedenis mee. Wanneer hij begint te praten over zijn ‘Rhythm Devil Child’ krijgt hij meerdere malen de lachers op zijn hand, maar dat is dan ook de succesformule van zijn ‘praatprogramma’. Met anekdotes, absurde vergelijkingen en doldwaze verhalen houdt Chilly eigenlijk gewoon een halve cabaretvoorstelling met piano-elementen, zij het wonderschone elementen van wereldrecordniveau en cabaret met een boodschap.

Zelfs wanneer de onnavolgbare artiest begint over het verlies van een vierkwartsmaat ten opzichte van een driekwartsmaat – en voorstelt de 6/8-maat in te voeren – hangt het publiek aan zijn lippen. Door zijn voorbeeld duidelijk te maken met aanstekelijk pianospel, begrijpt zelf de grootste muziekleek zijn lessen. Voeg daar een iPad (zijn intro werd immers gebruikt in een Apple reclame) met haardvuur aan toe en zelfs voor een intiem momentje is gezorgd. Het feit dat hij eigenlijk de mannen daarmee wil stimuleren hun vriendin oraal te bevredigen wordt door beide partijen met een lachsalvo ontvangen. Dat hij het daaropvolgende nummer opdraagt aan zijn moeder heeft als gevolg dat je de zaal op kan vegen.

‘Frank Zappa achter een piano’ wordt Chilly Gonzales ook wel genoemd. Niets is minder waar. Even doorgedraaid, eigengereid en excentriek stort Chilly zich op de volgende intermezzo of medley, bij velen ondersteund door drummer Joe Flory. Net als voorgaande keren trekt hij ook nu een ‘gemiddeld’ mooie vrouw uit het publiek die slechts één vinger hoeft te gebruiken om hem van dienst te zijn en bouwt hij aan het eind van zijn repertoire een complete band met een aantal aanwezigen. ‘Het enige dat je nodig heb is een beetje ritmegevoel’, beloofd hij plechtig.

Een Piano Talk Show van Chilly Gonzales is totaal niet wat je ervan verwacht. Of ergens van kan verwachten eigenlijk. De mix van zijn eigen repertoire met klassiekers van andere, algemene en specifieke pianolessen en zijn bovennatuurlijke charisma maken hem de ideale showman. Tel daar een geweldige chemie met zijn drummer bij op en je zal begrijpen dat je er eigenlijk bij had willen zijn. Wellicht volgend jaar weer een kans, anders kan je je geluk altijd beproeven in Parijs. Chilly Gonzales is immers resident bij de club van David Lynch.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

Tour D’Amsterdam mag Vakant vaker uitnodigen

De enige tent in Amsterdam waar ze maar liefst drie garderobes hebben, moet Odeon zijn. Zoals altijd is ook dit jaar het prachtige grachtenpand aan de Singel een van de podia voor ADE. Met Tour D’Amsterdam invites Vakant zetten ze een lekker avondje house, techno en een klein beetje minimal voor. Genieten in een aantrekkelijke ambiance.

In de grote zaal van Odeon – meteen ook de meest indrukwekkende – is Vakant op deze vrijdagavond de baas. Makcim trapt voor hun de avond af, terwijl het merendeel van het publiek een gesprek toch echt nog belangrijker lijkt te vinden. Het mag de pret niet drukken; de man draait lekker door en warm het publiek geleidelijk op voor Nico Purnam, die een beukende set neerlegt waar niemand bij stil kan blijven staan. Het geklets ebt weg, maar dat is helaas weer over als Anonym live komt draaien. Inkakken gegarandeerd, want deze man met een bandana voor zijn mond weet het publiek niet te boeien.

Dan kan je op dat moment beter bij Daan Donk – een aardige verschijning – in de Gold Room hebben gestaan. Deze zaal, die al snel overvol raakte, werd georganiseerd door Woodstock ’69 en met onder andere Carsten, Tettero en later op de avond Ferro hadden ze genoeg reden om de zaal constant overbevolkt te houden. Zowel melodieus als snoeihard ging het publiek op en neer; iets wat zelfs het niemendalletje bij de entree kon verhullen. Wie het wat rustiger wilde was beter af in de kelder, waar tenminste ook gezeten kon worden.

Na Erik Sebastiaan en Freddy Spool was het Bobby Andrews die in de Basement – het domijn van Plak – het publiek zowel uit liet rusten als rustig dansend liet genieten. Wie nog niet aan de lachgasballonetjes had gezeten voelde zich wellicht beter thuis in het licht, want in de donkere krochten van de kelder van Odeon dwaalde nogal wat schimmen rond. Een veilige thuishaven was de dansvloer, waar ook nog KlapSandwich en Alex Supertramp tot zeven uur doordraaide.

Nog anderhalf uur terug naar de grote zaal dus, want na Cesare Marchese offert ook Sammy Dee immers zijn nachtrust voor ons op. En zo blijft het ook op de grachten tot in de late uurtjes onrustig tijdens ADE.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

Click brengt vermaak voor iedereen in Westerunie

Natuurlijk is de ADE special van Click uitverkocht. Stijf uitverkocht zelfs, zoals te verwachten is van een van Amsterdams populairste feesten. Negen uur lang is de Westerunie het toneel voor beukende techno, melodieuze techno en meeslepende techno. Als het maar techno is.

Het merendeel is Nederlands, maar ook onze oosterburen zijn goed vertegenwoordigd op deze speciale ADE editie van Click. Zo trapt in het Transformatorhuis de Duitser Ruede Hagelstein het feest om tien uur af. Jammer genoeg voor hem dient deze zaal – de Westerunie telt er natuurlijk vier, die met elkaar verbonden zijn – als doorloopje naar de set van Wouter de Moor, die b2b draait met Philip Young. In de daadwerkelijke Westerunie gaat het er aan het begin van de avond namelijk al meteen wat steviger aan toe. De Nederlanders in de dampende Westerunie maken op hun beurt plaats voor de Servische Marko Nastic, die er zichtbaar zin in lijkt te hebben.

Verderop in de Westerliefde draaide de eveneens Nederlandse Taras van de Voorde voor een steeds voller stromende ‘kleine’ zaal. Hij zal later op de avond nog terugkomen om na de Duitser Patrick Chardronnet – die vanavond live draait, wat hem goed afgaat – nog een setje van een half uur weg te geven. De organisatoren van Hey! zorgen er op die manier voor dat de Westerliefde een heerlijk meeslepende tendens krijgt. Waarom zou je nog verplaatsen? Michel de Hey maakt nog zijn opwachting en zal daarmee de zaal enkel voller krijgen, terwijl Monika Kruse af gaat sluiten. Niet te hard, niet te zacht, maar precies gebalanceerd brengt deze Duits-Nederlandse afwisseling een boeiend geheel.

Wie even wat afwisseling wilt kon zijn heil zoeken op het Westergasterras, waar naast Stefano Richetta en Vincenzo de Bull ook Ille Bitch zijn opwachting maakt. Hier wat meer danspasjes dan het standaard geshuffle en gebeuk, zoals nog altijd gaande is in de Westerunie als Steve Rachmad en daaropvolgend Heiko Laux het podium betreden. Geen moment gooien zij het tempo omloog; doorgetechno’d zal er worden. Laat het dus ook maar aan afsluiters The Advent vs Industrialyzer over om Click in de Westerunie onvergetelijk af te sluiten.

Niet dat iedereen daarna meteen naar huis hoefde. Allesbehalve. In het Transformatorhuis ging Steve Rachmad gewoon nog even lekker verder, maar dan b2b met M.A.N.D.Y. Niet inbegrepen in dit verslag, maar van horen zeggen wel ontzettend goed: de afterparty in Club Home.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

Onderhoudende techno houdt liefhebbers op de been

Afgelopen zaterdag vond de zesde editie van technofestival Voltt Loves Summer plaats. De naam Voltt Loves Autumn was echter – wederom – beter op z’n plaats geweest, want de zonnestralen waren schaars. Maar geen bedrukte sfeer op de NDSM-werf, waar de beste techno alle liefhebbers op de been hield. Met of zonder nat pak.

Zoals gewoonlijk was het de organisator zelf die afgelopen zaterdag om elf uur ’s ochtends de aftrap gaf voor Voltt Loves Summer. Technokoning Bart Skils draait dan nog wel voor een vrij lege helling op de NDSM-werf, maar dat doet hij dan ook expres. Hij vindt dat zijn 15.000 bezoekers op het uitverkochte festival de hele dag meegenomen worden door de muziek. Rustig beginnen en langzaam naar de climax opbouwen dus. En zo geschiedde tijdens deze zesde editie van een van de populairste seizoenafsluiters in de techno.

Het loonde sowieso om vroeg te komen deze keer, want na Bart Skils maakte direct Scion & Tikiman hun opwachting. Net als hun opvolger Scuba flirten zij binnen de techno met dubstep, wat daarmee in de vroege middag uitmondt in zeer dansbare dubtechno. Vrijwel niemand vond het echter de moeite waard om er de regen – die op dat moment met bakken uit de hemel kwam – voor te trotseren. Veel liever vervoegde zij zich bij het minimale publiek dat zichzelf droog hield in de X-tent en aldaar genoot van de klanken van onder andere Mohlao en Actress. In tegenstelling tot de Y-stage (de helling) ging het er overdekt al vroeg in de middag ook vrij rauw aan toe. De plek voor het betere stampwerk; tot de grote namen hun intreden maakten op het buitenpodium althans.

Magda was er daar misschien nog niet een van, maar met een sterke, scherpe set wist hij het inmiddels in grote getalen toegestroomde publiek perfect te vermaken. Waren het er vorig jaar nog ‘maar’ 12.500 – zes jaar geleden begonnen met vier keer zo weinig – dit jaar is dat aantal gegroeid naar 15.000. Met voor iedereen een gratis poncho.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

Farid Benmbarek is trots op zijn keuzes

Uit maar liefst 320 inzendingen zijn in april dit jaar zeven hiphopacts geselecteerd om deel te nemen aan MCN Unsigned. Farid Benmbarek van Top Notch hielp mee de juiste keuzes te maken en is daar ook naderhand nog steeds erg trots op.

Als A&R-manager bij Top Notch, heeft Farid Benmbarek nogal wat in de pap te brokkelen gehad bij de samenstelling van Homegrown ’11. In samenwerking met zijn werkgever Kees de Koning – die de taak negen jaar eerder ook al op zich nam – en de kenners bij Muziek Centrum Nederland (MCN) stelden hij een album samen met zeven nog niet getekende hiphoptalenten. Die moesten eerst wel gezuiverd worden uit maar liefst 320 inzendingen. Gelukkig was er hulp van State Magazine, Buma Rotterdam Beats en FunX. Afgelopen donderdag was de releaseparty in de Melkweg, maar daar houdt het niet op voor de artiesten die ieder twee tracks hebben opgenomen voor het album. Hun carrière begint pas. Wij blikken met Farid terug op een bewogen afgelopen half jaar.

Wat was precies jouw rol binnen het Homegrown-project?

‘Samen met Rieks Bakker van MCN heb ik het project gecoördineerd. Daarmee was ik vooral bezig met logistieke en artistieke ondersteuning te verschaffen – zoals Kees dat eerst deed. Ik stelde mezelf de vraag: hoe kan ik het beste uit dit project halen? Soms was dat door opnames te leiden, soms door de artiesten in contact te brengen met producers, een studio ter beschikking te stellen of door te helpen bij een opname.’

Wat was jouw mening over de inzendingen in het algemeen? En de zeven (Kroons, Ome Omar, Freez, Mr. Polska, Per.Verz, De Kraaien en Ojajoh?!) uitgekozen kandidaten?

‘We waren niet op zoek naar mensen die toevallig een leuk liedje hebben, maar naar artiesten die al echt wat kunnen. Twintig procent valt daarmee direct af, als het niet meer is. Veel inzendingen bestaan uit een enkel liedje van anderhalve minuut, maar wat voor totaalplaatje geeft dat ons? We zoeken mensen die al jaren bezig zijn met hun muziek en waarvan je foto’s en filmpjes terug kan vinden op Facebook, YouTube en die bijvoorbeeld actief aan het twitteren zijn. Talent, ambitie en eigen kracht: het gaat om meer dan alleen muzikaal talent. Het gaat om het totaalplaatje, waarbij de wil en drang ook belangrijk zijn.’

Noem eens een voorbeeld

‘Polska bijvoorbeeld, die laat met een nummer (en bijbehorende prachtige clip) Gustav zien dat hij al over genoeg talent beschikt. We willen zo iemand als hem alleen een duwtje in de rug geven. Omdat zowel Kees als ik al jaren in het wereldje zitten zijn echte verrassingen moeilijk te vinden, maar De Kraaien en Kroons zijn wel onbekendere deelnemers. Van de een kende ik alleen de muziek, de ander heeft mij met een liveshow pas volledig overtuigd. Daarbij zoeken we dan ook uit hoe we echt omhoog kunnen helpen. Het is veel toffer om iemand te selecteren die je kan laten groeien en een eigen koers kan laten varen. En hoewel sommige misschien bekende namen zijn in de hiphopscene, willen wij ze een breder raakvlak en daarmee nationale bekendheid geven. Niet opbouwen, maar doorbouwen.’

Homegrown is dus geen ordinaire talentenjacht a la Idols?

‘Het is wel een talentenjacht, maar daarnaast willen we ook dat het dient als platform voor jong hiphoptalent in Nederland. Met het project willen we de verscheidenheid in de hiphopwereld tonen aan buitenwereld. Je creëert niets als je alleen maar ‘buurthuisrappers’ presenteert. Daarom verwachten we van de deelnemers dat ze allemaal actief bezig zijn, maar nog niet over een label beschikken. Iedereen heeft eerder ook al eens opgetreden of muziek online gezet.’

Is je mening over de gemaakte keuzes veranderd na het opnemen van het album?

‘Enkel dat ik nog zekerder van mijn zaak ben geworden. We hebben goede keuzes gemaakt, daar ben ik nu van overtuigd. Het was een eerlijke keus en ik geloof in hun toekomst. De deelnemers deden al toffe dingen voordat wij van ze kwamen, maar nu staan nieuwe avonturen op stapel. Ook ben ik blij met de grote verscheidenheid; Irene brengt bijvoorbeeld een popsong met hiphopinvloeden. De Kraaien maken een soort van carnavalshiphop, totaal niet lijkende op de muziek van Ome Omar, Freez of wie dan ook op die cd.’

Op wat voor manier worden de deelnemers professioneel gecoacht en met wie nemen ze de tracks op? Hoe hebben zij dit ervaren?

‘Iedereen mag zelf kiezen met welke producer ze willen werken, dus dat verschilt. Ome Omar wilde met Snelle Jelle werken, Kroons met Sotu the Traveller en Ohjajoh?! deed het in de gebruikelijke formatie. Wij zorgen er dan enkel voor dat alles goed gemixt en gemasterd wordt. Normaliter doe ik ook de begeleiding, maar Freez bijvoorbeeld – met twee nieuwe songs – had weinig begeleiding nodig. De Kraaien deden ook hun gewoon hun eigen ding. Op die manier kan het snel gaan met de productie.’

Uiteindelijk is er een album met veertien tracks van zeven verschillende artiesten uitgerold, wat vindt je van het resultaat?

‘Een prachtige muzikale stamppot. Het resultaat vertegenwoordigen natuurlijk niet andere spelers op de markt, maar geeft wel een mooie dwarsdoorsnede. Het is moeilijk om alles op een album te vatten, maar we zijn er toch goed in geslaagd.’

Zeven verschillende stijlen, zelfs verschillende talen. Hoe maak je daar een geheel van?

‘Dat is niet belangrijk, het gaat om de acts zelf. Zij moeten voor zich spreken. We willen ze niet allemaal bij elkaar duwen, maar ze het meest uit zichzelf laten halen. Ze moeten zelf staan als een huis; het album hoeft geen geheel te vormen. Het is een boek met zeven verschillende verhalen, zonder hoofdstukken. Zo zie ik het.’

Wat denk jij dat er veranderd is sinds de eerste editie (met Pete Philly, C-Mon & Kypski, Opgezwolle, Lange Frans en Raymzter)?

‘Naast het feit dat er veel meer inzendingen waren, hebben we in het selectieproces nu ook gekeken naar de status van de artiest. We willen een springplank bieden en de kans bieden om door te breken. Daarnaast is er nu een veel groter draagvlak voor Nederlandstalige hiphop; de scene is enorm gegroeid. Qua aandacht is het evenement nog nooit zo geweest groot.’

Hoe was de samenwerking met MCN? En met State Magazine, Buma Rotterdam Beats en FunX?

‘Een heel goede, mede omdat het  mensen betreft met wie je vaker samenwerkt. Samen hebben we veel kennis van het genre en werken we allemaal met dezelfde belangen. Onze meningen over de inzendingen waren dan ook aanvullend, niet conflicterend. We steken de koppen bij elkaar en door de beperkingen maakten we de juiste keuzes.’

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

NDSM-terrein kleur rood- geel- groen voor irie vibes

Het was een drukke festivaldag, afgelopen zondag in Amsterdam. Voor danceliefhebbers op het Magneetlab Festival, voor hiphopliefhebbers op Appelsap en zowaar ook voor reggaeliefhebbers: op het Amsterdam Reggae Festival. Op hetzelfde NDSM-terrein waar de dag ervoor het Amsterdam Hiphop Festival plaats had, waren nu enkel relaxte, zwoele en opzwepende reggaebeats te horen.

Na een aantal binnenedities, stond afgelopen zondag het Amsterdam Reggae Festival eindelijk weer eens buiten gepland. Uiteraard altijd een risico met het Nederlandse weer, maar in de zomer zou de hoofdstad toch minstens één ‘outdoor’ reggaefestival moeten hebben. Niet in het Westerpark – zoals een aantal jaar geleden – maar op het industriële NDSM-terrein. Hoewel een grasveld met een waterpartij toch meer in de sfeer past, gaf het onlogisch ingedeelde scheepsbouwterrein de bezoekers toch de juiste vibe mee. Politiek- en sociaalkritische teksten slaan prima aan tussen de verweerde kranen en loodsen. Het bleef droog, maar het wolkendek (waar pas later op de avond wat laatste zonnestralen doorheen kwamen) droeg daarnaast prima bij aan de soms zware toon van de artiesten.

Die zware toon was echter niet aanwezig op het Roots-stage, een klein buitenpodium bij de ‘rasta-markt’. Onder het winkelen of chillen op de basaltblokken kon de hele dag genoten worden van de Rub-A-Dub Club en Skank Around, die later op de dag het stokje overnamen. Het waren niet de namen waar het publiek voor gekomen was, namen die eigenlijk ook niet op het Jamrock-stage te vinden waren. Op het zwoele, haast romantische optreden van Romain Virgo en de meeslepende Lutan Fyah na was het gros van de aanwezigen daar toevallig. Tussen de grote acts op het hoofdpodium na of gewoon ter afwisseling klonken in de Jamrock-tent voornamelijk de tonen van onbekendere Jamaicanen. En die van stadsgenoot en Grote Prijs-winnaar Kalibwoy, die met zijn opzwepende dancehall de zaal goed wist los te schudden.

De meeste aandacht gingen, zoals te verwachten, uit naar het hoofdpodium, waar vroeg in de middag de legendarische Skatalites de eerste bezoekers vermaakte met een puike ska-set. Hun mix van reggae en ska voelde bekend als vader en zoon, zoals de twee genres ook wel bekend staan. Het wachten was vervolgens op onze Nederlandse reggaetrots: Ziggi Recado. Z’n show bestond grotendeels uit nummers van zijn gelijknamige album, maar ook zijn hits van vorige albums is Ziggi niet vergeten. Of hij nu in Melkweg staat of op een festival, zijn show knalt altijd. Gegarandeerd.

Was Ziggi vier jaar geleden het voorprogramma voor de Duitse reggaeartiest Gentleman, nu krijgt de inmiddels volledig gevulde helling eerst nog de oude mannen van Third World en Midnite te zien. Hoewel het geen ’96 degrees in the shade’ was, sloegen alle oude hits van de Jamaiciaanse band aan. Zowel het jonge als het oude publiek, dat overigens zeer gemêleerd was, kon de nummers meezingen. Uit volle borst.

Naast Gentleman zou het publiek toch grotendeels voor de andere topact van de avond zijn gekomen, zij het dat door een programmawijziging deze pas als laatste (in plaats van Gentleman) op het podium verscheen. Wellicht te laat voor sommigen, anderen zullen gewoon genoeg gehad hebben. Feit is dat de helling voor het hoofdpodium wederom half leeg was toen Junior Kelly zijn opwachting maakte. Als één van de ‘Five disciples of Jah’ staan zijn teksten bol van religieuze verwijzingen, maar de ernstige toon van de Jamaicaan raakt zelfs de meest ongelovige. Eeuwig kritisch weet Junior Kelly zijn set te combineren met zoetgevooisde liefdesliedjes de dames makkelijk mee te krijgen.

Een prachtige afsluiter van een geslaagd festival, dat onder geen beding ooit weer naar binnen mag verhuizen.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

De kracht van echte fans

Laat het maar aan Blaxtar, oprichter van RAEN Music, over om nieuwe, baanbrekende concepten te bedenken. Eerder bracht hij het publiek al Spoken en zowel zijn eigen als de teksten van de RAEN-leden zijn diepzinning en actueel. Iets dat je tegenwoordig te weinig ziet in de Nederlandse hiphop. Niet voor niets kan RAEN nu zijn vijfjarig bestaan vieren en deed dat afgelopen zondag met echte fans in MuzyQ.

Hoewel de aanvang om half zeven ingepland stond, vond niemand het verwonderlijk dat het feestje pas twee uur later begon. Geklaagd werd er sowieso niet afgelopen zondag in Amsterdam-Oost; daarvoor waren er te veel liefhebbers van RAEN Music. Het hiphoplabel, vijf jaren geleden opgericht door Kevin De Randamie, alias Blaxtar, houdt kantoor bij Sloterdijk. Tegenwoordig is het label goed gevuld met wereldbewuste mc’s als Manu, Killian, Fotosynthese en de mannen van Kern Koppen en Mutiara Tec. De meeste daarvan maakten zondagavond hun opwachting, dat voorspelde een goede avond.

Om de aanwezige leden – een lidmaatschap was even duur als een kaartje – welkom te heten in het ‘buurthuisachtige’ MuzyQ hield voorman Blaxtar een praatje over RAEN en droeg hij een gedicht voor. Daarbij was meteen duidelijk dat hij geen apart Spoken-optreden zou maken, net als Manu, dus van tevoren wel even een praatje maakt over zijn Gaza-project. Meteen werden ook maar de eerste ereleden van RAEN bekendgemaakt: Kees de Koning (ondanks een eerder ‘voorval’ met Blax) en dj Giel Beelen, om zijn inzet voor Nederlandstalige hiphop.

Het moment was aangebroken om het Spoken-gedeelte van de avond aan te vangen. Na Ki van Kern Koppen was het de beurt aan BN-er Arie Boomsma, die erg populair blijkt onder hiphopliefhebbers. Toegegeven, hij leest een aardig stukje proza en krijgt de lachers op zijn hand. Er wordt voorgesteld of hij als eerste niet-hiphopper lid kan worden van RAEN, maar dat verzoek wordt met z’n charismatische glimlach weggewerkt. Niet Manu eerder kreeg ook Arie te maken met een lid van de Anti-Zwarten Pieten ‘maffia’, die aan beide het verzoek had een ‘Zwarte Piet is racisme’ en public te dragen. Het zal geschieden.

In plaats van een gedicht doet Mutiara Tec’er Lemp een heel nummer; het gevarieerde en geëmailleerde publiek luistert ingetogen. Net als eerdere edities van Spoken is het een persoonlijke aangelegenheid, een effect dat versterkt wordt door zowel de aanwezigheid van echte fans als het feit dat de meeste RAEN-leden dit voor het eerst doen en allen erg zenuwachtig zijn. Niet verwonderlijk dat Killian – de ‘emo-rapper’ – even zijn tekst kwijtraakt. Kan gebeuren. Zonder haperen gaat ie gewoon door.

Hij krijgt er niet het publiek mee op zijn hand als Ahab dat daarna doet. Met zijn snelle en harde rijms krijgt hij het publiek aan het juichen. Daar zal hij samen met zijn mede-Kern Koppen straks ook geen moeite mee hebben, want tegen tienen is het dan tijd voor het muziek-gedeelte van de show. In de vorm van een ‘pre-show’ doen de 14-jarige (?) Abnormaal en Flo een paar liedjes. Blaxtar bewijst dat er bij zijn label altijd ruimte is voor jong talent.

Nadat Manu nogmaals aandacht heeft gevraagd voor de situatie in Gaza, waar hij zelf werk van gaat maken als hij binnenkort afreist naar het gebied, komen de RAEN-leden een voor een aan de beurt om hun repertoire ten gehore te brengen. Ondanks dat de zaal wat leger is geraakt, is de sfeer er alleen maar nog intiemer en eigenlijk gezelliger op geworden. Het ons-kent-ons gevoel wordt versterkt en ondanks dat iedereen eigenlijk een onbekende voor de ander is, deelt men dezelfde passie. RAEN.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

Ziggi Recado is wie hij moet zijn

Z´n derde album, vernoemd naar zichzelf. Ziggi Recado heeft een ander, gevarieerder geluid gevonden en dat bevalt hem wel. Onlangs presenteerde hij in een goed gevulde Melkweg zijn nieuwe album: Ziggi Recado. Een prima cd voor thuis, maar live laat Ziggi zien wederom het grote reggaetalent van Nederland te zijn. 3VOOR12/Amsterdam sprak na afloop met hem over zijn nieuwste kindje.

Vijf jaar na je succesvolle debuut So Much Reasons breng je nu je derde album Ziggi Recado uit, vernoemd naar jezelf. Tussendoor kwam In Transit, tourde je met Gentleman en veranderde je naam. Wat heeft dit allemaal betekent voor het geluid van Ziggi Recado?

“Ten tijde van So Much Reasons begon ik net met muziek, had een beetje succes en werd er met name op de reggaenummers heel positief gereageerd. Ook internationaal werd ik enthousiast ontvangen en zo werd ik volledig in de reggaewereld getrokken. Na twee jaar touren ging ik bij mezelf te rade, en hoewel ik de reggae-scene heel cool vind, hou ik van zoveel meer. Ik leerde natuurlijk ook de industrie beter kennen en bedacht toen een mix te maken; zo kan ik onderscheidend zijn en m’n hoofd boven het maaiveld uitsteken. Daarom heeft dit nieuwe album zoveel verschillende invloeden, van hiphop via dancehall en reggae tot jazz. Het is zowel een persoonlijke als een muzikale ommezwaai geworden.”

Maar échte reggae-fans hoeven niet betreurd te zijn: Ziggi heeft ook nog gewoon vastgehouden aan zijn oude roots en brengt op Ziggi Recado nog genoeg échte reggae-nummers.

De eerste single is Get Out – een up-tempo  nummer over relatieproblemen – en je album zit vol gevoelige, diepgaande nummers. Wil je daar een (persoonlijk) verhaal mee vertellen of zijn het zaken die je gewoon bezighouden?

“Het album is sowieso meer ‘mij’ geworden, persoonlijker. Bij Get Out – het meest up-tempo nummer van het album – wilde ik een serieus onderwerp bespreken zonder zwaar over te komen en mensen te bedroeft te maken. Ik heb het nummer eigenlijk gebruikt om te laten zien hoe verschillend ik kan zijn; een diepe tekst op een vrolijk nummer. Het is het commercieel meest aantrekkelijke nummer van het album, maar tegelijkertijd ook tekenend.”

Je speelt op je nieuwe album met verschillende invloeden die we eerder nog niet hoorde op een Ziggi-album. Zo ga je van een soulvolle reggae track als Real Talk naar een door dancehall beïnvloede New Day. Hoe heb je toch één lijn op het album weten te volgen?

“De lijn in het album is gebleven omdat ik deze in anderhalve maand heb opgenomen. Ik probeerde juist om veel verschillende stijlen te combineren en dat op een zo natuurlijk mogelijke manier te doen. Dat is gelukt omdat ik iedere dag aan het opnemen was en in één vibe zat. Andere albums bestonden uit nummers die makkelijk een jaar oud waren, gecombineerd met tracks die ik de dag ervoor had geschreven. Een groot verschil. Misschien voor de luisteraar niet, maar ik kon daar overduidelijk een verschil in ontwikkeling in horen.”

Het aantal artiesten, producers en aanverwanten waarmee je samen heb gewerkt op Ziggi Recado is divers. Hoe was het om al die verschillende invloeden te mixen?

“Eveneens heel goed. Zij vulden mij precies aan op de plekken waar dat nodig was en waar ik wat miste. Er zitten ook een aantal buitenlandse producers tussen, zoals K-Salaam & Beatnick uit Amerika, Curtis Lynch uit Engeland en Special Delivery uit Frankrijk. Samen met Soul Searchin’ maken zij dat Ziggi Recado echt iets speciaals geeft.”

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment

Berlin Underground allang niet meer ondergrond

Iets in de naam Berlin Underground doet vermoeden dat je dj’s en bijbehorende beats, basloopjes en climaxen mag verwachten die teruggaan naar langvervlogen tijden van de oude Tresor en Berghain. Was dit een jaar geleden misschien nog het geval, organisator Vrijbuiters gooide het afgelopen zaterdag over een andere boeg.
De namen hadden ze nog – enigszins – maar de invulling was toch echt niet meer ondergronds te noemen.

Naar gebruikelijk vond er afgelopen zaterdag weer een Vrijbuiters go Berlin Underground plaats in Studio-K. Een vast recept op bijvoorbeeld ADE, maar daarbuiten ook uitgegroeid tot een populair indoor festival. Maar waar eerdere edities met name populair waren onder liefhebbers van de harde Berlijnse stijl die in de vorige eeuw is ontwikkeld, was het gros van de bezoekers nu van het kaliber ‘zien en gezien worden’. Het is de muziek niet te goede gekomen.

Namen stonden er wel weer op deze laatste editie van Berlin Underground. Draaide in de ‘kleine zaal’ achtereenvolgens Reiss, Shed, Freddy Spool en ten slotte Sandrien, in de grote zaal was ruimte gemaakt voor onder andere Pep, Marco Fürstenberg, Roman Lindau en Jan Kreuger. Allen was een set van twee tot drie uur gegund, zodat ze ook allemaal de kans kregen een goed opgebouwde set neer te zetten. De afsluiters daargelaten kwam daar veelal weinig van terecht. Shed deed zijn naam eer aan door er werkelijk een rotzooitje van te maken met een mix tussen techno, dubtechno en alles wat tussen techno en dubstep in zit.

De scheidslijn met het aan immer aan populariteit winnende dubstep was dan ook vaag zaterdagnacht. Nooit geweten dat ook dit genre is geëvolueerd in de krachten van de Berlijnse technotempels. In combinatie met de nodige house-invloeden is de charme en kracht van Berlin Underground weggevaagd; snoeiharde techno zoals het door onze oosterburen bedoeld was. Freddy Spool en Reiss zette beide een aardige techhouse set neer met herkenbare invloeden, maar maakten het over het algemeen –  net als de andere –  niet al te moeilijk voor de toehoorders.

Echt moeilijk leken de jonge bezoekers van deze Berlin Underground ook niet te hebben met de ‘easy going’-beats die voorbij kwamen. Gelukkig stoorde deze ze ook niet in hun gesprek, want tot een uur of vier leek deze editie eerder een staande receptie. Weinig dansen, veel praten. Af en toe de heupen bewegen en een biertje drinken, maar verder lekker in elkaars oor schreeuwen. Nu is het wetenschappelijk bewezen dat Nederlanders het meest asociale publiek zijn tijdens concerten – wij produceren het meeste geluid als publiek ter wereld – maar ook techno dj’s hebben tegenwoordig moeite boven de hoogstwaarschijnlijk boeiende gesprekken heen te komen. Hipperdehippe en overdressed scholieren bevolkte de dansvloer, wachtend op een shooter, en een partypic, van een bekend drankmerk.

Voor de echte liefhebbers die op zondag niet in het Vondelpark hoefden te liggen draaide om zeven uur gelukkig Sandrien nog een behoorlijke set weg. In de grote zaal ging het gedurende de nacht best aardig, maar de intentie waarmee het gros van het publiek neergestreken was in Studio-K maakte dansen er niet vermakelijker op. Het tij is gekeerd bij Vrijbuiters go Berlin Undergrond en na zaterdagavond mag je het overpopulaire feest dan ook echt niet meer ondergronds noemen.

Posted in 3voor12, Amsterdam | Leave a comment