Farid Benmbarek is trots op zijn keuzes

Uit maar liefst 320 inzendingen zijn in april dit jaar zeven hiphopacts geselecteerd om deel te nemen aan MCN Unsigned. Farid Benmbarek van Top Notch hielp mee de juiste keuzes te maken en is daar ook naderhand nog steeds erg trots op.

Als A&R-manager bij Top Notch, heeft Farid Benmbarek nogal wat in de pap te brokkelen gehad bij de samenstelling van Homegrown ’11. In samenwerking met zijn werkgever Kees de Koning – die de taak negen jaar eerder ook al op zich nam – en de kenners bij Muziek Centrum Nederland (MCN) stelden hij een album samen met zeven nog niet getekende hiphoptalenten. Die moesten eerst wel gezuiverd worden uit maar liefst 320 inzendingen. Gelukkig was er hulp van State Magazine, Buma Rotterdam Beats en FunX. Afgelopen donderdag was de releaseparty in de Melkweg, maar daar houdt het niet op voor de artiesten die ieder twee tracks hebben opgenomen voor het album. Hun carrière begint pas. Wij blikken met Farid terug op een bewogen afgelopen half jaar.

Wat was precies jouw rol binnen het Homegrown-project?

‘Samen met Rieks Bakker van MCN heb ik het project gecoördineerd. Daarmee was ik vooral bezig met logistieke en artistieke ondersteuning te verschaffen – zoals Kees dat eerst deed. Ik stelde mezelf de vraag: hoe kan ik het beste uit dit project halen? Soms was dat door opnames te leiden, soms door de artiesten in contact te brengen met producers, een studio ter beschikking te stellen of door te helpen bij een opname.’

Wat was jouw mening over de inzendingen in het algemeen? En de zeven (Kroons, Ome Omar, Freez, Mr. Polska, Per.Verz, De Kraaien en Ojajoh?!) uitgekozen kandidaten?

‘We waren niet op zoek naar mensen die toevallig een leuk liedje hebben, maar naar artiesten die al echt wat kunnen. Twintig procent valt daarmee direct af, als het niet meer is. Veel inzendingen bestaan uit een enkel liedje van anderhalve minuut, maar wat voor totaalplaatje geeft dat ons? We zoeken mensen die al jaren bezig zijn met hun muziek en waarvan je foto’s en filmpjes terug kan vinden op Facebook, YouTube en die bijvoorbeeld actief aan het twitteren zijn. Talent, ambitie en eigen kracht: het gaat om meer dan alleen muzikaal talent. Het gaat om het totaalplaatje, waarbij de wil en drang ook belangrijk zijn.’

Noem eens een voorbeeld

‘Polska bijvoorbeeld, die laat met een nummer (en bijbehorende prachtige clip) Gustav zien dat hij al over genoeg talent beschikt. We willen zo iemand als hem alleen een duwtje in de rug geven. Omdat zowel Kees als ik al jaren in het wereldje zitten zijn echte verrassingen moeilijk te vinden, maar De Kraaien en Kroons zijn wel onbekendere deelnemers. Van de een kende ik alleen de muziek, de ander heeft mij met een liveshow pas volledig overtuigd. Daarbij zoeken we dan ook uit hoe we echt omhoog kunnen helpen. Het is veel toffer om iemand te selecteren die je kan laten groeien en een eigen koers kan laten varen. En hoewel sommige misschien bekende namen zijn in de hiphopscene, willen wij ze een breder raakvlak en daarmee nationale bekendheid geven. Niet opbouwen, maar doorbouwen.’

Homegrown is dus geen ordinaire talentenjacht a la Idols?

‘Het is wel een talentenjacht, maar daarnaast willen we ook dat het dient als platform voor jong hiphoptalent in Nederland. Met het project willen we de verscheidenheid in de hiphopwereld tonen aan buitenwereld. Je creëert niets als je alleen maar ‘buurthuisrappers’ presenteert. Daarom verwachten we van de deelnemers dat ze allemaal actief bezig zijn, maar nog niet over een label beschikken. Iedereen heeft eerder ook al eens opgetreden of muziek online gezet.’

Is je mening over de gemaakte keuzes veranderd na het opnemen van het album?

‘Enkel dat ik nog zekerder van mijn zaak ben geworden. We hebben goede keuzes gemaakt, daar ben ik nu van overtuigd. Het was een eerlijke keus en ik geloof in hun toekomst. De deelnemers deden al toffe dingen voordat wij van ze kwamen, maar nu staan nieuwe avonturen op stapel. Ook ben ik blij met de grote verscheidenheid; Irene brengt bijvoorbeeld een popsong met hiphopinvloeden. De Kraaien maken een soort van carnavalshiphop, totaal niet lijkende op de muziek van Ome Omar, Freez of wie dan ook op die cd.’

Op wat voor manier worden de deelnemers professioneel gecoacht en met wie nemen ze de tracks op? Hoe hebben zij dit ervaren?

‘Iedereen mag zelf kiezen met welke producer ze willen werken, dus dat verschilt. Ome Omar wilde met Snelle Jelle werken, Kroons met Sotu the Traveller en Ohjajoh?! deed het in de gebruikelijke formatie. Wij zorgen er dan enkel voor dat alles goed gemixt en gemasterd wordt. Normaliter doe ik ook de begeleiding, maar Freez bijvoorbeeld – met twee nieuwe songs – had weinig begeleiding nodig. De Kraaien deden ook hun gewoon hun eigen ding. Op die manier kan het snel gaan met de productie.’

Uiteindelijk is er een album met veertien tracks van zeven verschillende artiesten uitgerold, wat vindt je van het resultaat?

‘Een prachtige muzikale stamppot. Het resultaat vertegenwoordigen natuurlijk niet andere spelers op de markt, maar geeft wel een mooie dwarsdoorsnede. Het is moeilijk om alles op een album te vatten, maar we zijn er toch goed in geslaagd.’

Zeven verschillende stijlen, zelfs verschillende talen. Hoe maak je daar een geheel van?

‘Dat is niet belangrijk, het gaat om de acts zelf. Zij moeten voor zich spreken. We willen ze niet allemaal bij elkaar duwen, maar ze het meest uit zichzelf laten halen. Ze moeten zelf staan als een huis; het album hoeft geen geheel te vormen. Het is een boek met zeven verschillende verhalen, zonder hoofdstukken. Zo zie ik het.’

Wat denk jij dat er veranderd is sinds de eerste editie (met Pete Philly, C-Mon & Kypski, Opgezwolle, Lange Frans en Raymzter)?

‘Naast het feit dat er veel meer inzendingen waren, hebben we in het selectieproces nu ook gekeken naar de status van de artiest. We willen een springplank bieden en de kans bieden om door te breken. Daarnaast is er nu een veel groter draagvlak voor Nederlandstalige hiphop; de scene is enorm gegroeid. Qua aandacht is het evenement nog nooit zo geweest groot.’

Hoe was de samenwerking met MCN? En met State Magazine, Buma Rotterdam Beats en FunX?

‘Een heel goede, mede omdat het  mensen betreft met wie je vaker samenwerkt. Samen hebben we veel kennis van het genre en werken we allemaal met dezelfde belangen. Onze meningen over de inzendingen waren dan ook aanvullend, niet conflicterend. We steken de koppen bij elkaar en door de beperkingen maakten we de juiste keuzes.’

This entry was posted in 3voor12, Amsterdam. Bookmark the permalink.

Comments are closed.