Als de artiesten in een rolstoel zitten, maar toch swingen, wat mag je dan van het publiek – dat wel gewoon op twee benen staat – verwachten? Juist, dat ze nog harder dansen, mee juichen en losgaan. De leeftijd van het publiek was er afgelopen vrijdagavond niet naar in Paard, maar dat weerhoudt de Congolezen van Staff Benda Bilili er niet van een Afrikaans feestje te bouwen.
De drie touringcars voor de deur van Paard zijn zowaar een keer niet van de artiest zelf. Deze behoren toe aan de groep (semi-)bejaarden die binnen hun opwachting maakt. Een schril contrast met de in grote getale toegestroomde Afrikanen die hetzelfde concert die zondag in de Melkweg te Amsterdam zullen bezoeken. Maar wat zou het; de Congolese heren van Staff Benda Bilili komen niet naar Nederland om onderscheidt te maken, maar om ons kennis te laten maken met de sfeer op straat in Kinshasa.
Voor iedereen die de onmisbare documentaire Benda Bilili! over de gehandicapte Congolezen heeft gemist, een korte uitleg. Staff Benda Bilili is de band van Ricky Lickabu en Coco Ngambali, die zij samen met andere polioslachtoffers hebben opgericht omdat andere bands in de Congolese hoofdstad Kinshasa niet met de gehandicapten wilden samenwerken. Hun oefenruimte is een verwaarloosde dierentuin, waar zij al snel hun mix van rumba, old-school R&B en reggae in een Afrikaans jasje creëerden. Van de vier mannen in hun spectaculair gemodificeerde rolstoelen speelt slechts één een instrument (gitaar), de band bestaat verder uit straatkinderen of oud-kindsoldaten, waaronder Roger Landu. Hij is de smaakmakende, twintigjarige solist die een zelfgemaakt gitaarachtig instrumentje bespeelt, gemaakt van een blikje.
En die groep stond vrijdagavond op het podium in het Paard, te spelen voor een goed gevulde zaal vol blanke pensionado’s. Maar een minder feest was het daarom niet. Ook diegene die de Franse taal niet machtig waren, genoten met volle teugen; moeilijk stilstaan als de band in hun rolstoelen steeds harder gaan swingen. De heren wonnen niet voor niets de Artist Award op de World Music Expo twee jaar geleden. Hun Afrikaanse mix van verschillende stijlen is zowel opzwepend als meeslepend en geeft je als luisteraar automatisch een goed gevoel. Wie kan er nu geen sympathie opbrengen voor mannen die zoveel geleden hebben, maar hier doodleuk met een glimlach het podium op komen rijden en er pas anderhalf uur later weer vanaf gaan?
Gedurende hun show speelde ze voornamelijk nummers van hun debuutalbum ‘Très Très Fort’ (Heel Heel Sterk), die op zichzelf een goed beeld geven van de situatie waarin de heren verkeren. Teksten over leven op straat, hun ziekte en de situatie in één van de meest verscheurde landen in Afrika grijpen je – ook als je de tekst niet verstaat. Opzwepende nummers over de liefde en geluk in het leven laten je daarentegen weer opspringen en meedeinen. Ook de stijve vijftigplussers die met volle teugen genieten. We mogen de Belgische producent Vincent Kenis op onze blote knieën dankbaar zijn voor het ontdekken van deze weergaloze band. Het beeld van Congo is nog nooit zo rooskleurig geweest als na een avondje Staff Benda Bilili.